Zagen
Vandaag moest ik zagen. De vermoeidheid van een heel semester in de vorm van gezaag.
Al van het moment waarop ik uit mijn bed kwam tot na het vallen van de avond. Zagen.
Was er te veel brood of te weinig, ik was malcontent. Waren de kinderen te vrolijk of te ambetant, ik vloog mopperend uit. Riepen ze van te dicht of van te ver, het zat niet goed. Zagen. Ouwe-venten-gezaag, de ganse dag.
Een mens die aan het zagen is, wenst daarvan niet op de hoogte gebracht te worden. Net zomin als iemand met een ochtendhumeur. Daar komt enkel meer gezaag van.
Tot op het moment dat ik mezelf hoorde zagen. Toen viel plots mijn frank, over welke absurditeiten ik vandaag heb zitten knorren. En dan krijgt een mens onvermijdelijk de slappe lach. Even onmogelijk te stoppen.
Ik weet niet wat mijn huisgenoten nu het liefste hadden.
[Ik vermoed: den ouwen in zijn bed, en rap.]
1 Comments:
de slappe lach is altijd goed
Een reactie posten
<< Home