Wiskunde versus ingenieurs

Iemand maakte een lijstje met daarop 100 wiskundige vragen die elke afgestudeerde fysicus/wiskundige in een goeie 5 minuten moet kunnen oplossen.

Pikt de blogger er daar stoer eentje uit en zegt: los maar eens op, jullie.

Bereken op een nauwkeurigheid van 10% de gemiddelde waarde van de functie (sin(x))^(100).

Een hele discussie ontspint zich, maar niemand durft een getal te noemen. Na twee dagen een eerste (fout) en dan enkele juistere.

Vooral het volgende commentaar is stoer:

The 10% figure is a red herring. It's more window dressing designed to make engineers' numerical modes ping, while mathematicians take up that part only if and when it's needed.

Als je zoiets schrijft, dan roep je - famous-last-words-gewijze - het onheil echt wel af over je oplossing. Eigen stoef stinkt, herinneren wij ons allemaal. En inderdaad, de oplossing klopt niet.

Uiteraard is het ingenieursantwoord wél juist en wél op 2 minuten gevonden. Maar dat dreigt ook weer onder de eigen stoef regel te vallen.

Dat internet toch.